“Je hebt het aan jezelf te danken dat je niet vooruit gekomen bent”
“Wie maar hard genoeg werkt, komt er vanzelf wel”. Vanuit het geloof in de meritocratie, denken vooral succesvolle mannen aan de top dat het bereiken van deze hoge posities zuiver en alleen hun eigen verdienste is (Sophie van Gool, 2021). Vanuit deze visie is het je eigen schuld als je stagneert in je carrière. Het is natuurlijk ook heel prettig om even te vergeten wie er achter de schermen heeft bijgedragen aan jouw succes, wie je in het zadel heeft geholpen of welke streepjes voor je hebt gehad onderliggend aan de kansen die je hebt gekregen en de wijze waarop je werd beoordeeld.
In het boek “Waarom vrouwen minder verdienen – en wat we eraan kunnen doen” van Sophie van Gool (2021) wordt aan de hand van wetenschappelijk onderzoek duidelijk gemaakt dat successen niet altijd alleen aan de persoon toegeschreven kunnen worden. Blanke, heteroseksuele mannen uit gegoede midden- of bovenklasse milieus met ouders die ook hebben gestudeerd, hebben nu eenmaal betere kaarten: omdat huidige leiders op hen lijken worden nieuwe leiders ook uit deze pool benoemd. Stereotype beelden “hoe een leider eruit ziet” spelen een rol als het gaat om kansen op selectie en promotie, op wie het woord krijgt, naar wie wordt geluisterd en wie het voordeel van de twijfel krijgt. Velen zijn zich hier echter niet van bewust en roepen heel hard dat ze niet doen aan discriminatie en zéker niet aan positieve discriminatie: het gaat om de beste man/vrouw voor de baan, iedereen heeft gelijke kansen, vrouwen moeten gewoon laten zien dat ze ook bereid zijn hard te willen werken. Het idee dat er “deeltijdprinsessen” bestaan die naast hun halve baan alleen maar bezig zijn met yoga en mindfulness, is nog altijd wijd verspreid.
Hoe anders is de realiteit. Vrouwen die in deeltijd werken, doen vaak het werk van 5 dagen in 4 dagen (of het werk van 4 dagen in 3 dagen) – en zijn daarnaast ook nog eens fulltime bezig met huishoudelijk werk en (mantel)zorg. Het is rennen-vliegen geblazen om alle ballen in de lucht te houden. Daarnaast is het zo dat huidige zwangerschapsregelingen en het feit dat mannen over het algemeen beter betaald worden dan vrouwen voor hetzelfde werk; ertoe bijdraagt dat jonge moeders eerder (even) stoppen met werken als er kinderen komen. Deze keuze wordt echter gemaakt in de context van een systeem en is daarmee geen onafhankelijke keuze (iets wat “Je hebt het aan jezelf te danken” wel suggereert) . Als vrouwen na enige tijd weer terug willen komen moeten ze zichzelf opnieuw bewijzen – onderbrekingen in een loopbaan verminderen promotiekansen. En zo wordt de achterstand op de arbeidsmarkt alleen maar groter.
In een meritocratische maatschappij is het makkelijk om aan jezelf te gaan twijfelen als vrouw. Je hebt er toch zelf voor gezorgd dat je niet de carrière hebt gemaakt die je eigenlijk had gewild? Je hebt er zelf voor gekozen om er even uit te gaan voor jonge kinderen, het is toch je eigen keuze geweest om (onbetaald) bezig te zijn voor wat anderen van je nodig hebben?
In onderstaand fragment gaat het over Tessa die, afgewezen na een sollicitatie, reflecteert op haar eigen loopbaan: een broddellap met weinig samenhang, telkens teruggeworpen in de thuishaven van het moederschap. Ze worstelt met haar identiteit en voelt dat ze meer gezien wordt om de functie die ze vervult in het systeem, dan om wie ze is of wil zijn: